OVER TRUMP, DE ZIEKTE VAN ONZEKERHEID EN WAT DAT OOK VOOR DEN BOSCH BETEKENT

Wie Ohio wint, wordt president. Dat is een nagenoeg ijzeren wet in de Amerikaanse politiek. Alleen John F. Kennedy en Franklin Delano Roosevelt wonnen ooit de verkiezingen zonder dat ze de staat in het Middenwesten van Amerika wisten te bemachtigen. Sindsdien was de winnaar in Ohio degene die de sleutel tot het Witte Huis wist te bemachtigen.

Toen de swingstate dinsdagnacht met 52 procent in Trumps handen belandde sloeg de schrik de democraten om het hart. Het ongeloof sprak boekdelen. Paniek in kamp-Clinton. En ook bij mij thuis op de bank werd de gedachte van een Republikeinse winst onafwendbaar. En zo geschiedde.

Dit voorjaar was ik er. Columbus, Ohio. Op bezoek bij de campagneteams van Hillary Clinton en Bernie Sanders alvorens ik de National Campaign Headquarters in Washington en New York aandeed. Het was 15 maart, de dag van de primaries waarmee democraten en republikeinen hun presidentskandidaten selecteren. Met een aantal internationale collega’s klopten we voor zowel team Clinton als team Sanders aan bij zo’n honderd deuren in een oude arbeidersbuurt. Bij houten huizen met verveloze veranda’s en roestige pick-ups voor de deur.

Het leverde mooie gesprekken op met democratische kiezers. Mannen en vrouwen van alle leeftijden –en etnische achtergronden- die vaak moeite hadden om de eindjes aan elkaar te knopen. Met zorgen over het land en de toekomst. Met wisselende motieven om voor respectievelijk Bernie of Hillary te stemmen. Cynisme over de politiek voerde de boventoon. Begrijpelijk, als je drie baantjes moet combineren om je inkomen te vergaren, zekerheid over je oude dag ver te zoeken is én multinationals nauwelijks belasting betalen terwijl dat van jou wel verwacht wordt. Een gesprek dat onze delegatie voerde met de democratische burgemeester van Ohio maakte mijn sfeerbeeld weinig optimistischer. Het vestigingsklimaat voor bedrijven in de staat werd door de democraat geroemd met twee argumenten. Allereerst, het aantal vakbondsleden in Ohio is zeer gering. Ten tweede, het minimumloon behoort tot de laagste van de Verenigde Staten. De speciale brochure voor bedrijven kregen we trots overhandigd. Reclame van sociale uitverkoop.

Die avond won Hillary Clinton de democratische primary met een kleine vijftig procent. Dik veertig procent stemde Bernie Sanders. De man die met een wankele campagneorganisatie –oef, dat was niet best- het in Ohio het moest opnemen tegen de geoliede Clinton-machine. En er een enorme score wist te boeken. Sanders, de man die net als Trump ageerde tegen de marginalisering van de gewone Amerikaan. Niet door ze op te hitsen tegen Mexicanen en Moslims, niet door nachtmerries te schetsen over Obama-care, niet door klimaatverandering tot een leugen te bestempelen. Maar door de oorzaken van de knagende onzekerheid van miljoenen Amerikanen te willen bestrijden bij de daadwerkelijke oorzaken: een financiële elite die enkel uit is op het eigen gewin, uit het lood geslagen ongelijkheid in inkomen tussen hen die ’t goed gaat en hen die nauwelijks mee kunnen komen, gebrek aan goede banen en een overschot aan flutbaantjes zonder zekerheid.

Dat een nauwelijks bekende senator uit Vermont -zonder staande organisatie, voorbereiding en financiële middelen- zo’n groot deel van het democratische electoraat voor zich wist te winnen ten koste van Hillary Clinton was een teken aan de wand. Dit kon voor Clinton nog wel eens een razend lastige campagne gaan worden. Met Trump als genomineerde van Republikeinse kant konden de problemen nog wel even genegeerd worden. Want wie moet kiezen tussen een capabele maar ietwat kille carrièrepoliticus of een kandidaat die vrouwen reduceert tot lustobject, die discrimineert, liegt en zich niet kan beheersen op zijn twitter kiest voor de eerste. Toch?Toch niet. Net als bij de Brexit en het referendum over het associatieverdrag met de Oekraïne sloegen de opiniepeilers de plank mis – al was het maar met luttele procenten. Net als bij de Brexit werd de diepte van de kloof in de samenleving onderschat. Een groeiende groep mensen is klaar met een arbeidsmarkt waarin zekerheid van vast werk ver te zoeken is. En wie wordt er niet furieus als we zien dat torenhoge beloningen worden uitgekeerd door financiële instellingen en belastingen worden ontdoken door multinationals terwijl de rekening net betaald is door de samenleving?

Het is onder al die mensen dat de –qua vertrekpunt vergelijkbare- boodschap van Trump en van Sanders aansloeg: ‘Take back control’. Het was ook de verzuchting die ik enkele dagen na de primaries in Ohio, in Brooklyn New York, proefde bij een ouder echtpaar met wie ik aan de praat raakte. Manlief was jarenlang predikant geweest in het zuiden van de Verenigde Staten en overtuigd republikein. Nu zouden ze democratisch stemmen. Samenvatting: omdat de Amerikaanse droom geweld aan wordt gedaan als een presidentskandidaat een muur wil bouwen en mensen met een andere afkomst verdacht maakt onder het valse vaandel van patriottisme. Maar ze begrepen het maar al te goed – take back control. Want was die Amerikaanse droom voor miljoenen mensen in de praktijk? Buffelen in knagende onzekerheid.

En nu? De verkiezing van Trump veroorzaakt vandaag de dag een schok onder denkers, opiniemakers en mensen met een links-progressieve oriëntatie. Velen waren bij een nipte overwinning van Clinton waarschijnlijk nog dezelfde dag voorbij gegaan aan de splijting in de samenleving. Onder het motto ‘zie je wel, het verstand heeft zegengevierd’.  Omgekeerd zie je nu gebeuren dat sommigen oproepen om op te staan tegen het populisme, tegen de ziekte van de democratie. Maar de democratie is niet ziek. De democratie werkt. Waar tegen opgestaan moet worden is tegen de ziekte van onzekerheid. Populisme ontstaat als er onvoldoende antwoorden zijn op de uitdagingen van deze tijd en mensen daar onder lijden. Dan neemt de spanning toe.

Dat is niet voorbehouden aan de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Dat is net zo Nederlands én Bosch. Want om slechts één van de vele voorbeelden te noemen: ook hier, in onze eigen stad, zie je hoe spanningen toenemen als teveel mensen jarenlang moeten wachten op een woning terwijl ondertussen óók statushouders een plek krijgen. Ook hier zie je dat op het sentiment van ‘eerst wij, dan zij’ met succes kan worden ingespeeld als we er met elkaar niet in slagen om datgene beter te doen wat écht nodig is: zekerheid bieden. Van betaalbaar wonen tot een baan waar je op kan rekenen. Van een degelijke oude dag tot belasting die door iedereen betaald wordt. Nu de economie weer aantrekt is dat de grote opdracht. Vooruitgang voor iedereen mogelijk maken. Hoe lastig dat in de praktijk ook te realiseren is. Want dan zijn mensen bereid om geluk te delen. Met elkaar.

Back to top of page